NEB waarde en Biogene aminen.
Niet alleen heeft het voer een hogere eiwitbestendigheid, maar ook is de eiwitbasis rijker aan essentiële aminozuren. Daarnaast is ook is het gehalte aan biogene aminen lager. Zoals ik voorheen al aangaf zou ik nog even op deze Biogene aminen terug komen.
Biogene aminen komen in alle voedingsmiddelen veelvuldig voor. Door de verwerking , de rijping en opslag worden deze veelvuldig gevormd. Voedingsmiddel zoals vis die veel eiwitten bevatten, kunnen grote hoeveelheden biogene aminen vormen. Normaal vormen deze biogene aminen geen probleem. Het lichaam maakt er zelf ook aan en kan deze dus ook afbreken. Echter is de opname van grotere hoeveelheden een negatieve belasting voor het lichaam en kan het zelfs klachten veroorzaken. Ik kan hier nu nog veel dieper op ingaan, maar belangrijk is om te weten dat minder beter is.
Kwaliteit en verwerking.
Een ander belangrijk punt is ook hoe goed de vis bewaard word tijdens en voor de verwerking.
Een langere, warmere of onzorgvuldige verwerking beïnvloed namelijk niet alleen hogere biogene aminen waarden, maar ook allerlei eiwit afbrekende producten. Deze eiwit afbrekende producten zijn voor het grootste deel in water oplosbaar en komen dus in het verwerking proces terecht in het stickwater. Dit beïnvloed de eiwitafbraak van het eindproduct ( vol vismeel ) als het slickwater eraan toegevoegd word.
Hierdoor word het eindproduct natuurlijk minder van kwaliteit.
Ook vindt er bij minder verse vis behalve eiwitafbraak ook een vorm van vetsplitsing plaats en vormen er zich vrije vetzuren.
Ook kan de kwaliteit van het vismeel negatief beïnvloed worden door een te intensieve of te hoge warmtebehandeling tijdens de verwerking/droging van het vismeel.
Dit is echter een zeer belangrijk proces wat vaak bewust niet aangehaald word. Bij het drogen van het vismeel spreken we bij temperaturen lager dan 60-75 graden over een lage temperatuur behandeling. Dit is wat bedoeld word bij hogere kwaliteit vismeel geproduceerd bij lage temperaturen.
Hierdoor komt de NEB waarde vaak boven de 70-75 % te liggen.
Het droogproces bij lagere kwaliteit vismeel ligt dus hoger en bevat daardoor een lagere NEB waarde.
Indien het vismeel echter voor de verwerking minder vers was is juist een hogere temperatuur en dus snellere droging van het vismeel belangrijk. Indien de droging dan namelijk plaatsvind bij lagere temperaturen neemt de NEB zelfs af. Het aanvangsproduct was namelijk al minder vers en daardoor zijn er al bepaalde processen in gang gezet die de NEB van het eindproduct al negatief beïnvloeden.
Dat Yoshikigoi Koivoer gekozen heeft voor hoge kwaliteit vers vismeel met langzame droging en dus de hoogst mogelijke NEB zal duidelijk zijn.
Veel test rapporten van en over vismeel die men via het internet kan inzien zijn al Jaren oud. Om zeker te weten of de nieuwe badge vismeel van dezelfde kwaliteit is zijn dus ook steekproeven en nieuwe jaar ( test ) gegevens noodzakelijk. Blijft het vismeel slechts enkele uren langer liggen zal dit al de waarde negatief beïnvloeden.
Een te hoge temperatuur van het droogproces van het vismeel kan op zich weer leiden tot eiwit beschadiging. Hierdoor neemt het gehalte aan verteerbaar Lysine af.
Lysine kan niet door het lichaam zelf aangemaakt worden en moet dus uit de voeding opgenomen worden. Hierdoor behoort het tot de essentiële aminozuren. Dit is dus belangrijk om op het hoogst mogelijke niveau te liggen.
Maar hoe word nu eigenlijk de voeding opname vastgesteld in kwaliteit en benutting percentage?
Eerst en vooral belangrijk om te weten is dat deze testen die hiervoor gehanteerd worden niet of nauwelijks vissen betreft.
Alle testen zijn op de veehouderij zoals varkens, koeien en kippen toegespitst.
Er zijn meerdere methode om een kwaliteit en voeding opname vast te stellen.
De meest diervriendelijke manier hiervan is de In-vitro methode.
Maar wat is In-vitro eiwit vertering. In Vitro is een term voor biologische technieken die buiten het lichaam van het organisme worden toegepast. Dat betekend met andere woorden testen die in een lab plaatsvinden en niet in het lichaam. In-vitro eiwit benutting is een methode die ontwikkeld is om in het laboratorium de eiwitbenutting van het maag en darm kanaal aan te kunnen tonen. In het verleden en ook nu nog werden hier dierproeven voor gebruikt . Er zijn echter inmiddels technieken ontwikkeld om dit in een lab na te bootsen. Dit proces heet In-vitro. Door deze techniek kan dus de eiwit benutting van het voer vastgesteld worden en ook waar bepaalde eiwitten van het voer opgenomen worden. Bijvoorbeeld de maag en de verschillende darmkanalen. Zoals we al omschreven hadden is het productie proces ( temperatuur )belangrijk en ook het wel of niet toegevoegde stickwater. Logischer wijze heeft voer met stickwater en of hogere droogtemperatuur zo wie zo een lagere voedingswaarde.
Wat we eerlijker halve niet mogen vergeten is dat het ook (nog) niet bekend en dus onderzocht is, in hoeverre deze lab en dier onderzoeken overeenkomen in de praktijk bij verschillende dier, laat staan vis soorten. Om dan nog verder af te wijken, vissen die slechts een hele kleine maag hebben en of een maag met haast geen maagfunctie, en dus werking. Zoals onze Koi ( karper).
Bij Koi zou men zelfs logischerwijze meer gebaat zijn bij NEB wat een hogere opname via de darm bevorderd. Dit is overigens een proces waar we als Yoshikigoi inmiddels al volledig mee bezig zijn om gerichter te onderzoeken.